Tadej Pogačar mocht misschien kaarsjes uitblazen op zijn verjaardagstaart, maar het enige cadeau dat hij onderweg kreeg was een vernietigende nederlaag in handen van Remco Evenepoel. In een verbluffende demonstratie van pure kracht en precisie stormde de Belgische superster naar de winst in de tijdrit, waardoor de Sloveense sensatie gedesillusioneerd achterbleef op wat zijn feestdag had moeten zijn.
Vanaf de eerste kilometers was duidelijk dat Evenepoel op een ander niveau reed. Vastgekluisterd in zijn aerodynamische houding hamerde de regerend wereldkampioen de pedalen rond met een meedogenmatig ritme, alsof het parcours speciaal voor hem ontworpen was. Pogačar, normaal gesproken onaantastbaar in dit soort zenuwslopende duels, kon het tempo simpelweg niet volgen. Halverwege de rit stond de boodschap al in neonletters geschreven – Evenepoel vloog, en Pogačar kraakte.
Toen de eindtijden op het scherm verschenen, was de kloof meedogenloos. Evenepoel pakte niet alleen de ritzege, maar deelde ook een psychologische tik uit die veel harder aankwam dan de seconden op de klok. Voor Pogačar, die bekendstaat om zijn veerkracht na tegenslagen, was dit een zeldzaam moment van kwetsbaarheid – en dat nog wel op zijn verjaardag.
“Dit is een vernederende nederlaag voor Tadej,” klonk het bij analisten, die wezen op het symbolische gewicht van deze afstraffing. Voor Evenepoel was de triomf meer dan zomaar een overwinning; het was een keiharde waarschuwing dat de strijd om de wielerheerschappij nog lang niet beslist is.
Het feestje had van Pogačar moeten zijn, maar het was Evenepoel die de kaarsjes aanstak – en ze vervolgens zelf uitblies met een prestatie om nooi
t te vergeten.